Monchoutaart op sloffenbodem

Bakgereedschap

• Ronde springvorm 24 centimeter
• Optioneel: ronde springvorm 20 centimeter

Voorbereiding

• Verwarm de oven voor op 180 graden.

Spijsmengsel

• Maak het spijsmengsel door de spijs met het halve ei te mengen zodat de spijs soepel wordt.

Sloffenbodem

• Doe boter, witte basterdsuiker, ei, zout en citroenrasp in een kom en mix goed.
• Voeg bloem en de bakpoeder toe en kneed tot een stevig deeg.
• Verpak het deeg in folie en laat minimaal een uur rusten.
• Rol het deeg uit tot 1 centimeter dikte en steek met de springvorm van 24 centimeter de bodem uit.
• Het deeg dat je overhoudt, kun je goed verpakken in folie en vervolgens invriezen voor een volgende keer. Ontdooi het dan in de koelkast.
• Bekleed de springvorm met bakpapier.
• Leg de lap deeg in de met bakpapier bekleede springvorm.
• Verdeel het spijs mengsel over de bodem en houd 1 centimeter rondom de rand vrij.
• Bak de bodem 25-30 minuten op 180 graden.
• Haal de bodem vrijwel direct na het bakken uit de springvorm.
• Laat de bodem volledig afkoelen op een rooster.

Monchou- en kersenvulling

• Klop de slagroom stijf met 2 eetlepels suiker.
• Meng de 100 gram suiker, vanillesuiker en de monchou romig.
• Schep 30 gram opgeklopte slagroom apart.
• Meng de rest van de slagroom met het monchoumengsel.
• Schep de vulling op de sloffenbodem.
• Verdeel 1 blikje vlaaivulling gelijkmatig over de monchouvulling.
• Laat de kersen van het andere blikje uitlekken. Van het tweede blik gebruik je alleen de kersen.
• Garneer je taart met toeven slagroom.
• Laat de taart minimaal 2 uur opstijven in de koelkast.