Bladerdeeg
- Zeef de bloem boven de mengkom van een keukenmachine (of gebruik een mixer met deeghaken).
- Maak een kuiltje, giet het water erin en voeg zout en zachte boter toe.
- Mix 5 minuten op lage stand tot een deegbal.
- Haal het deeg uit de machine en laat 5 minuten rusten op het werkblad.
- Maak ondertussen van de koude boter een soepele vierkante plak van 5mm dik.
- Leg het deeg op een ruim met bloem bestoven werkvlak.
- Rol het deeg kruisvormig uit en maak het midden iets dikker dan de armen.
- Leg de boter in het midden van het kruis en vouw elk van de armen eroverheen als een pakketje en druk het deeg plat. Rol het uit tot een vierkante plak van 5 mm. Toer het deeg de eerste keer:
- vouw een derde deel van het deeg naar binnen
- vouw een derde deel van het deeg eroverheen
- draai het deeg een kwartslag en vouw het nogmaals in drieën.
- Laat het deeg 15 minuten onder plastic folie in de koelkast rusten.
- Toer het deeg de tweede keer.
- Laat het deeg 15 minuten onder plastic folie in de koelkast rusten.
- Toer het deeg de derde keer.
- Laat het deeg minimaal 20 minuten onder plastic folie in de koelkast rusten voor verder gebruik.
- Gebruik bij het uitrollen tijdens het toeren bloem om plakken te voorkomen, maar veeg het teveel aan bloem steeds weg.
Citrusmarmelade
- Snijd de sinaasappels en citroenen in gelijke stukken en doe ze in een steelpan met dikke bodem.
- Halveer het vanillestokje overlangs, schraap het merg eruit en voeg het merg en het stokje toe aan het fruit.
- Voeg de suiker toe en roer alles met een pollepel door elkaar.
- Kook het ca. 1 uur op laag vuur (niet tot moes!).
- Rooster ondertussen de pijnboompitten licht in een koekenpan.
- Verwijder het vanillestokje uit de citrusmarmelade.
- Haal enkele mooie stukjes citrusfruit uit de pan om te gebruiken ter decoratie.
- Pureer de rest kort met een staafmixer.
- Houd de helft van de morellen en 25 gram pijnboompitten apart ter decoratie en roer de rest door de marmelade. Laat afkoelen.
Spijsvulling
- Draai amandelen, citroenschil en suiker in een keukenmachine tot een grof mengsel.
- Klop het eieren los, meng met room en citroensap en giet dit er geleidelijk bij. Blijf malen tot een kneedbare massa.
Samenstellen
- Verwarm de oven voor op 210ºC.
- Rol amandelspijs uit tot een slang van ongeveer een halve meter.
- Snijd er overlangs een geultje in en druk daar een laagje Kerstmarmelade in.
- Rol opnieuw tot een mooie ronde slang, maar zorg ervoor dat de marmelade in het midden blijft.
- Haal het bladerdeeg uit de koeling en rol het op een bestoven werkblad uit tot een dunne lap die 5 centimeter langer is dan de spijsvulling en breed genoeg om de vulling te omsluiten.
- Snijd het extra deegreepje van 5 centimeter af en leg weg tot gebruik.
- Smeer het bladerdeeg een klein beetje in met water.
- Leg de vulling op het deeg en rol het deeg eromheen.
- Vorm voorzichtig een cirkel van het deeg.
- Maak mooie decoraties van het overgebleven deeg en leg dit op de krans.
- Klop het ei los en bestrijd de krans met een dun laagje.
- Laat even rusten en bestrijk de krans nog een keer.
- Bak de krans in 30 minuten goudbruin.
- Laat afkoelen en bestrijk met een dun laagje warme marmelade.
- Maak af met achtergehouden vruchten en pijnboompitten.
Reageren
Je kunt op dit moment niet reageren.